Hypotheekrente

Hypotheek en de hypotheekrente

Tot 2008 waren er maar weinig niet economisch onderlegde mensen die zich interesseerden in iets dufs als de hypotheekrente. Waarom zou je ook. De rente schommelde al jaren wat heen en weer, maar uiteindelijk ging het daar toch niet om. De gemiddelde prijs van een huis steeg tenslotte al jaren, dus hoeveel risico kon je lopen met een wat hogere rente op je hypotheek?

Tophypotheken

Nou, best wel veel dus. Omdat de huizenmarkt het tot 2008 zo goed deed, hadden veel banken er geen problemen mee om zogenaamde ‘tophypotheken’ te verstrekken aan mensen die graag een huis wilden kopen. Dit ging tot bedragen tot zelfs 125% van de waarde van het huis. Dus de hele waarde, plus nog een kwart daarbij. Daarnaast liep de rente die je over dit bedrag moest betalen op van minder dan vier procent in 2005 tot meer dan zes procent in 2008. Uiteindelijk bleek dit een tikkende tijdbom die met een grote knal afging eind 2008. Ineens was het vertrouwen weg en stortte de huizenmarkt ineen. De prijzen daalden enorm en de hypotheekrente stortte ook in elkaar.

Gevolgen van de crisis

De gevolgen voor mensen die het jaar daarvoor net een tophypotheek hadden afgesloten waren enorm. Ze moesten nog steeds heel veel geld betalen aan rente, terwijl de waarde van hun huis ineens een kwart lager lag. In plaats van over 125% van hun waarde, betaalden ze ineens over ongeveer 150% van de waarde. Een enorm extra bedrag. Daar kwam nog bij dat huizen een hele lange tijd te koop stonden, voordat ze werden verkocht en dat zorgde ervoor dat de eigenaar ook heel lang moest wachten voordat hij weer een nieuw huis kon kopen. Het zorgde voor een enorme ‘file’ op de markt.

Problemen

Natuurlijk hoefde dit niet gelijk te leiden tot grote problemen. In principe konden de meeste mensen met een tophypotheek deze gewoon blijven betalen. Ze waren op papier dan wel heel veel geld kwijt geraakt, maar in de praktijk hoefde dit niets uit te maken. Zo lang ze alles maar gewoon konden blijven betalen. Helaas, kwam met het instorten van de huizenmarkt ook de economische crisis. Veel mensen werden ontslagen en konden daardoor hun maandelijkse lasten niet meer betalen. Wat restte was vaak een gedwongen verkoop van hun huis. Na afloop van dergelijke drama’s bleven mensen soms over met een enorme schuld van tienduizenden euro’s en geen werk.

Vriend of vijand

De hypotheekrente kan dus je vriend of vijand zijn. Op het moment dat je een hypotheek afsluit als hij hoog is, neem je dus een risico. In principe weet de bank dit natuurlijk ook prima. Aangezien zij het geld verlenen, moeten zij als geen ander op de hoogte zijn van de kans dat ze hun geld nog terug krijgen. Na de crisis zijn banken dus logischerwijs veel strenger geworden in het verstrekken van hypotheken. Iets wat zeker op de korte termijn de crisis op de huizenmarkt alleen maar nog erger maakte. Zeker voor starters, mensen die hun eerste huis wilden gaan kopen, zorgden de nieuwe regels voor veel problemen. Het bedrag dat zij konden lenen voor een hypotheek was ineens veel lager dan eerst.

Vriend

Maar op het moment dat de hypotheekrente heel laag is, kan hij ook een vriend zijn. Bij veel banken sluit je een hypotheek af in delen. Een stuk voor vijf jaar, een ander voor tien jaar, of zelfs vijfentwintig of dertig. Na afloop van deze vijf of tien jaar, moet je de hypotheek over sluiten. Dat betekend eigenlijk dat je opnieuw met de bank gaat onderhandelen over een nieuw stuk hypotheek voor een nieuwe periode. Heb je geluk dan ligt de rente een heel stuk lager dan bij je eerste hypotheek en houdt je dus geld over. Maar heb je pech en ligt de rente hoger, dan kan het ook voorkomen dat je ineens meer betaald.

Historisch gezien daalt de hypotheekrente als sinds de jaren ‘80. Dat is ook niet zo moeilijk aangezien de rente rond 1980 ongeveer dertien procent was. Vergeleken daarbij was de zes procent van 2008 zo erg nog niet. Als je op deze grond een huis koopt zou je in principe in de toekomst altijd uit moeten komen op een iets lager rentepercentage. De vraag is natuurlijk wel in hoeverre deze beweging door blijft zetten. De hypotheekrente hangt namelijk af van best wel veel factoren.

Persoonlijke omstandigheden

Ten eerste heb je natuurlijk jouw persoonlijke factoren. Die hebben vooral te maken met de hoeveelheid risico die de bank loopt om jou een lening te verstrekken. Voor hen is het altijd de vraag hoe waarschijnlijk het is dat jij het hele bedrag aan hen zult terugbetalen. Honderd procent zekerheid is er daarbij natuurlijk nooit en daarom zal de bank vooral proberen om de risico’s zo laag mogelijk te houden. Het grote verschil tussen banken voor en na 2008 is dat hun definities van ‘risicobeperking’ nu een stuk strakker zijn. Belangrijk hierbij zijn natuurlijk dingen als je salaris en inkomen. Op het moment dat je een baan hebt met een vast contract en goed arbeidsverleden helpt dit enorm. Ben je echter zzp’er en schommelen je inkomsten iedere maand, dan levert dit meestal problemen op. De bank heeft er dan minder vertrouwen in dat je altijd in staat zult zijn om de hypotheek terug te betalen.

Andere factoren

Daarnaast zijn er nog een flink aantal andere factoren die ook de hoogte van de hypotheekrente bepalen. De rente is namelijk vrijwel altijd gekoppeld aan de ontwikkeling van de huizenmarkt. Stijgt de gemiddelde prijs van een huis? Dan betekend dit dat er veel vraag is naar huizen en dus ook naar geld voor een hypotheek. Bij een typische marktwerking van vraag en aanbod beteken dit dan dat de rente die je over een hypotheek zult moeten betalen ook stijgt. Is er weinig vraag naar huizen, dan zorgt dit er in principe ook voor dat de rente zakt. Het beste moment om een huis te kopen is dus als er niemand een huis wilt kopen.

De centrale bank

Vervolgens is er nog een laatste belangrijke speler op de markt. Dat is de Europese Centrale bank. Dit is het instituut waar de banken hun geld lenen. En ook zij betalen hier een rentepercentage over aan de bank. Ligt dit percentage erg laag, dan is het dus voor banken erg goedkoop om geld te lenen en kunnen ze dus ook scherpere rentes aanbieden aan hun klanten. Voor de Europese bank is dit dan weer een middel om de economie mee aan te jagen en indirect ook de inflatie.